Ook de Nederlandse dierentuinen zijn aan een nieuw decennium begonnen. Tijd voor een terug- en vooruitblik. De kwalitatieve goede dierentuinen (verenigd in de Nederlandse Verenging van Dierentuinen, NVD) blijven onverminderd populair. In de afgelopen 10 jaar schommelde hun bezoekersaantallen tussen bijna 10 en 10,5 miljoen bezoekers. De laatste jaren is dit ruim 9,5 miljoen (doordat het Dolfinarium in Harderwijk geen lid meer is). De leden hebben de laatste jaren flink geïnvesteerd in nieuwe dierverblijven (met continue aandacht voor een beter dierenwelzijn). Ook zijn de rollen van educatie, onderzoek en conservatie van de tuinen flink toegenomen. Deze drie doelstellingen en de hoge bezoekersaantallen geven de dierentuinen ook bestaansrecht in de komende jaren. De grootste uitdaging voor deze zoo’s is om het huidige platform dat zij hebben, om bezoekers op een leuke manier te laten leren over dieren, het klimaat en natuur-/ dierenbescherming, optimaal te gebruiken. De kansen om live belevingen een diepere betekenis te geven moet benut worden.
Bezoekersaantallen en succesfactoren
Qua bezoekers is er in het afgelopen decennium een duidelijke groei te zien bij een aantal tuinen. Gaia Zoo is een steady groeier. Ook Safaripark Beekse Bergen heeft zich doorontwikkeld naar bezoekersaantallen boven het miljoen. De komst van het nieuwe Safariresort zorgt hier voor méér bezoek, maar ook voor een meer ultieme beleving. Dierenpark Amersfoort heeft, door een heldere focus op de doelgroep kinderen, ook groei gezien. De strijd om de best bezochte dierentuin is gewonnen door Diergaarde Blijdorp die marktleider blijft. Ouwehands Dierenpark heeft geen explosieve groei gekend na de komst van de unieke reuzenpanda’s. Ze geven echter wel aan profijt te hebben van de extra zakelijke evenementen (het nieuwe pandaverblijf kent een Chinees gethematiseerde horeca en zaal), grotere merchandise-omzet (het pandaverblijf kent twee grote souvenirwinkels) en bestedingen in de horeca. Hierdoor is met name de omzet met maar liefst 50 % gestegen.
Wildlands
De meest opvallende ontwikkeling in de dierentuinbranche in het laatste decennium is de komst van Wildland Adventure Zoo als opvolger van Dierenpark Emmen. Waar deze laatste in de jaren ‘80 en ‘90 erg succesvol was en gold als groot voorbeeld voor andere dierentuinen in de wereld, was vernieuwing begin 2000 nodig. Er werd besloten het park te verhuizen naar een nieuwe locatie en hier een nieuw concept te lanceren. In maart 2016 werd het nieuwe ‘themapark’ geopend met daarin niet alleen dierenverblijven, maar ook attracties. De entreeprijs steeg flink en werd het duurste toegangskaartje voor een dierentuin in Nederland. Het eerste jaar leek dit nieuwe concept te voldoen aan de verwachtingen van de gast, echter snel daarna kwam het park in financiële problemen. Bezoekersaantallen liepen terug, het nieuwe concept werd niet gewaardeerd door de bezoeker en faillissement dreigde. De investering in een achtbaan bracht ook niet de gewenste ommekeer. Door een grote reorganisatie (met besparingen, een refocus op het dierentuinconcept i.p.v. themaparkconcept, een herfinanciering (waarin de gemeente Emmen de grootste aandeelhouder werd) en een lagere entreeprijs lijken nu voor herstel te zorgen.
Qua bezoekers is er in het afgelopen decennium een duidelijke groei te zien bij een aantal tuinen. Gaia Zoo is een steady groeier. Ook Safaripark Beekse Bergen heeft zich doorontwikkeld naar bezoekersaantallen boven het miljoen. De komst van het nieuwe Safariresort zorgt hier voor méér bezoek, maar ook voor een meer ultieme beleving. Dierenpark Amersfoort heeft, door een heldere focus op de doelgroep kinderen, ook groei gezien. De strijd om de best bezochte dierentuin is gewonnen door Diergaarde Blijdorp die marktleider blijft. Ouwehands Dierenpark heeft geen explosieve groei gekend na de komst van de unieke reuzenpanda’s. Ze geven echter wel aan profijt te hebben van de extra zakelijke evenementen (het nieuwe pandaverblijf kent een Chinees gethematiseerde horeca en zaal), grotere merchandise-omzet (het pandaverblijf kent twee grote souvenirwinkels) en bestedingen in de horeca. Hierdoor is met name de omzet met maar liefst 50 % gestegen.
Druk op dierentuinen
De maatschappelijke druk op dierentuinen neemt in de laatste 10 jaar wel toe. Er ontstaat regelmatig een discussie over het houden van dieren in gevangenschap. In 2015 is het verbod van circusdieren ingevoerd in Nederland. Dierenactivisten lijken zich nu meer op dierentuinen te focussen en met name op Dolfinaria. Deze laatsten zetten nog te vaak showelementen in als publieksattracties. In België mag men sinds vorig jaar niet meer kweken met dolfijnen. In andere landen en bepaalde Amerikaanse staten is het houden van dolfijnen nu verboden. In Frankrijk hebben dierenactivisten een dierentuin overgenomen en trachten zo dieren terug te brengen naar de natuur (wat overigens een zeer moeilijke opdracht is en een ethische discussie waard). De gemeente Barcelona dwingt haar dierentuin zich om te vormen tot een park waar alleen inheemse dieren mogen leven.
Dierenwelzijn is het belangrijkste discussiepunt van dierenactivisten en dierentuinen. Dierentuinen werken echter op veel vlakken aan het betere welzijn van hun dierenpopulatie. Er wordt door zoo’s op Europees niveau kennis gedeeld m.b.t. de best practices. Men kijkt naar diervriendelijkere ontwerpen voor dierverblijven, goed populatiemanagement, verrijking (hoe kunnen dieren gestimuleerd worden tot hun natuurlijke gedrag) en ethische codes.
Het managen van een dierentuin is tegenwoordig een uitdaging. Er zijn veel spanningsvelden die om heldere keuzes vragen. Kiest men meer voor educatie of mixt men dit met entertainment? Heeft de dierentuin een ideële of meer commerciële doelstelling? Wat is het belang van conservatie en onderzoek? De keuzes die hierin gemaakt worden hebben daarnaast een zeer emotionele lading, omdat het om ethiek en levende dieren gaat.
Communicatie en transparantie
De Nederlandse dierentuinen zijn voorlopers als het gaat om innovatie, dierenwelzijn en duurzaamheid. Men vergeet dit echter soms te communiceren aan de stakeholders en het publiek. Uit onderzoek van derdejaars studenten van de track Attractions & Theme Parks Management van Breda University bleek vorig jaar dat duurzaamheid bij de zoo’s hoog op de agenda staat. Zij werken harder aan het thema dan vele andere vrijetijdsbedrijven, voldoen reeds aan de strengste normen (geformuleerd door de Green Key) en zien duurzaamheid zelfs als een ‘must’ voor de gastvrijheid industrie. Veel dierentuinen doen extra stappen met betrekking tot duurzaamheid maar ‘vergeten’ dit breed uit te dragen naar hun platform (de gasten).
Een mooi voorbeeld is Apenheul die een duurzame koffieplantage in Peru gefinancierd hebben. De lokale bevolking is getraind en heeft fondsen ontvangen voor het telen van koffie op deze plantage. Boeren die eerder tientallen hectaren bos kapten voor veeteelt, hebben nu genoeg aan één hectare koffieplantage voor voldoende inkomsten. Hierdoor wordt het leefgebied van de geelstaart wolaap beschermd. De koffie wordt geschonken aan de gasten van Apenheul, en het geeft hierbij een aanleiding om dit verhaal te vertellen.
Themapark of dierentuin: Wildlands
Eén van de meest opvallende ontwikkelingen in de dierentuinmarkt in de jaren 2000 was de verplaatsing en de conceptverandering van het Noorder Dierenpark Emmen. De dierentuin werd verplaatst naar de rand van de stad en men koos voor positionering als themapark, met naast dieren themawerelden en attracties. De nieuwe strategie om als hybride dierentuin te willen werken, mislukte. In mijn ogen om verschillende redenen. Ten eerst was daar de nieuwe prijs-kwaliteitsverhouding. Wildlands werd de duurste dierentuin van Nederland. Door de ruime opzet van de dierverblijven (goed voor dierenwelzijn) waren dieren minder zichtbaar voor bezoekers. De educatie werd alleen per app aangeboden en was in de ogen van de bezoeker te minimaal. De verandering van serieuze dierentuin naar themapark was voor trouwe fans en de inwoners van Emmen te groot. Het park was bovendien onrealistisch gefinancierd. Resultaat was een grondige reorganisatie, prijsdaling, productverbetering en herfinanciering. Deze ingrepen onder leiding van interim-directeur Erik van Engelen lijken hun effect te hebben, maar het blijven spannende tijden voor de nieuwste dierentuin van Nederland. De refocus wordt in 2020 doorgezet door meer diersoorten te introduceren, de beleving van het park te verbeteren, de Duitse markt verder te bewerken en educatie weer prominenter te maken.
Eerste grootschalige verblijfsrecreatie: Safariresort
In het afgelopen decennium werd ook de mogelijkheid tot het overnachten in de dierentuinen flink uitgebreid. Waar het al mogelijk was te kamperen naast dieren (of te verblijven in een uniek rangerkamp), kan bij Safariresort Beekse Bergen nu ook verbleven worden in luxe villa’s en boomhutten. Ook andere dierentuinen bieden incidenteel overnachtingen in hun parken aan. Zo kan er tijdens Zoo-Camps in Blijdorp overnacht worden. In het komende decennium kunnen we meerdere resort-ontwikkelingen bij dierentuinen verwachten. Wildlands heeft aangegeven hieraan te denken en ook andere parken overwegen deze strategie.
Een kijkje over de grenzen: het succes van Pairi Daiza
Wanneer we naar de dierentuinmarkt over de grenzen kijken, valt één park uitermate op. Pairi Daiza (vroeger park Paradisio) is de grootste stijger in de Europese- en Benelux-markt. In 2007 had het park nog 635.000 bezoekers. Afgelopen jaar trok het ruim 2 miljoen bezoekers. De groei is te wijten aan de fikse investeringen die het park deed. Pairi Daiza ontwikkelde diverse nieuwe themagebieden. Niet alleen met dierverblijven, maar ook met authentieke gebouwen en passende horeca. Recentelijk werd ook enorm geïnvesteerd in gethematiseerde verblijfsrecreatie. Ook in fase twee van deze investering worden unieke verblijfsmogelijkheden gerealiseerd bij ijsberen, walrussen en pinguïns.
Het park slaagde erin om reuzenpanda’s naar België te brengen. Deze bezoekersmagneten zorgden daarna voor een panda babytweeling. Pairi Daiza investeert met name op kwalitatief vlak en zorgt voor totale onderdompeling in beleving. Ook zet men stevig in op conservatie en educatie. Er worden Aziatische olifanten opgevangen, men fokt met bedreigde papegaaisoorten en bouwt nu een groot kweekcentrum voor bedreigde vogelsoorten.
Pairi Daiza werd de Beste Dierentuin van Europa in 2018 en 2019. Ook met betrekking tot duurzaamheid werkt men hard. De nieuwe parking wordt uitgerust met de grootste fotovoltaïsche carport ter wereld. Met deze installatie van 62.750 zonnepanelen, goed voor een vermogen van in totaal 20 MWc, zal Pairi Daiza de eerste dierentuin ter wereld worden die meer dan zijn totale elektriciteitsverbruik dekt met behulp van zelfgeproduceerde groene energie.
In het masterplan van de dierentuin staan nog meer ambitieuze projecten. Het park wil in 2025 een zeer grote tropische kas openen. Het Belgische dierenpark hoopt tegen die tijd te groeien naar drie miljoen bezoekers per jaar. Dat zijn er een miljoen méér dan nu.
De kas zal zeven hectares beslaan en twintig meter hoog worden. Het complex moet ruimte bieden aan bedreigde dieren en planten, maar ook aan bezoekers. Die kunnen straks overnachten in de kas en zwemmen in een exotische lagune met wellness-gedeelte
Belevenis en betekenis
De toekomst van de dierentuinen ziet er rooskleurig uit. Zeker wanneer deze organisaties betekenis kunnen blijven geven aan hun belevingen. Het vertellen van het verhaal achter de live ambassadeurs van de natuurbescherming (de dieren) zal hierbij een cruciale factor zijn. Ook het verhaal van de inspanningen die de dierentuinen op het gebied van duurzaamheid leveren, moet goed voor het voetlicht gebracht worden. Met name de opkomende generatie Z is hier gevoelig voor. Dat betekent ook dat deze doelgroep kritisch kijkt naar de dierentuinen. Uitleg over de acties rondom dierenwelzijn en het onderzoek naar dieren in dierentuinen mag duidelijker gecommuniceerd worden. De belevingsfactor mag geen ‘ondergeschoven kindje’ worden in de zoo’s. Mensen gaan naar de dierentuin om heerlijk te ontspannen in een natuurlijke omgeving waar op een leuke manier iets geleerd kan worden (edutainment). Onderscheidende belevingen zullen er voor zorgen dat ook de bedrijfseconomische kant van de dierentuinen en de dierentuinmarkt gezond blijven. Hopelijk blijven de Nederlandse dierentuinen innovatief in hun producten. Goede voorbeelden blijven Koninklijke Burger’s Zoo met hun indoor ecosystemen, Dierenpark Amersfoort met hun creatieve themagebieden, focus op de doelgroep kinderen en attracties (zoals de klimalles-route en de Ooievaart), Safariresort Beekse Bergen met hun lodges en de nabootsing van de Afrikaanse sunset (i.s.m. met Philips Lighting) en Apenheul met hun duurzame koffieproject. Buitenlandse dierentuinen zitten de Nederlandse zoo’s echter op de hielen met nieuwe producten en veelbelovende masterplannen (denk aan Pairi Daiza in België, Zoo de Beauval, Bioparc Zoo de Doué de la Fontaine en Zoo de la Fleche in Frankrijk of de Allwetter Zoo Munster in Duitsland).
Over de Auteur: Goof Lukken is senior lecturer Attractions & Theme Parks Management, Tourism and Leisure at Breda University of applied sciences. Gedurende zijn cariiere werkte hij o.a als marketing- en communicatie manager voor Safaripark Beekse Bergen en Libéma. Hij was betrokken bij de introductie van Dierenrijk (Europa) op de Nederlandse markt. In 2012 behaalde hij zijn MBA met een onderzoek naar de strategische postionering van de Nederlandse dierentuinen. De afgelopen jaren begeleide hij diverse onderzoeken m.b.t. dierentuinen en was betrokken bij diverse consultancy opdrachten voor dierentuinen.